Nieuwe Keizersgracht 3

Op de Nieuwe Keizersgracht 3, aan de oneven kant van de gracht waar de huizen na 1950 zijn afgebroken, woonden tijdens de oorlog zeker zes personen die de oorlog niet overleefden.

Bajla Lederman, naaister

17 maart 1884 – Auschwitz, 11 december 1942- 58 jaar

Ire Goldmark, kleermaker

3 augustus 1891 – Sobibor, 28 mei 1943 – 51 jaar

Szmul Toronczyk, pensionhouder

20 januari 1865 – Sobibor, 23 juli 1943 – 78 jaar

Bajla Toronczyk-Orbach

17 mei 1872 – Amsterdam, 10 juni 1943 – 71 jaar

Frieda Weintraub

16 maart 1915 – Auschwitz, 30 september 1942 – 27 jaar

Abraham Wurzel

2 oktober 1897 – Sobibor, 23 juli 1943 – 45 jaar

Abraham Wurzel was in 1922, in Polen gehuwd met Baila Ryfka Kornblüt (13-07-00)(Stadsarchief Amsterdam).
Over haar zijn geen gegevens meer gevonden.

Een brief over Nieuwe Keizersgracht 3

Dit verhaal van Henny Kuperberg gaat over Nieuwe Keizersgracht nr 3, het huis is afgebroken.

Mijn naam is Henny Kuperberg geb. Herzberg.
Ik heb Uw mededeling in het laatste nummer van Aanvraag gelezen over het initiatief “De Schaduwkade”. (2012)
Mijn grootouders van moeders kant woonden op nummer 3, dicht bij de brug van de Weesperstraat. Daar stonden maar een paar huizen. De rest tot de Amstel was een soort gesticht.

Ikzelf woonde met mijn ouders in de Nieuwe Kerkstraat 49 en tegenover ons woonde een zuster van mijn moeder met haar man. Allen zijn omgekomen. Ik ben alleen overgebleven. Was ondergedoken in Friesland en ben ook na de oorlog bij mijn pleegfamilie gebleven tot 1950.
Toen ben ik naar Frankrijk gegaan naar de enige overlevende broer van mijn moeder, die in 1937 uit Duitsland naar Belgie is gevlucht en tenslotte met zijn familie de oorlog in Nice heeft overleefd.
Sinds 1969 woon ik in Tel Aviv.

Mijn grootouders waren: Szmul Toronczyk en Bajla Toronczyk-Orbach. Ze woonden aan de Nieuwe Keizersgracht no. 3.
Mijn moeder lag sinds eind april 1943 in het Joods ziekenhuis op de Nwe.
Keizersgracht. Ze was gevallen en had een ernstige hersenschudding. Bij de grote
razzia op 26 mei 1943 zijn mijn vader en mijn oom en tante, die tegenover ons
woonden op no. 68(?) opgepakt, nadat mijn vader mij met een niet-Joodse buurman het huis uit had gestuurd naar een familie in de Sarphatistraat.
In Juni is mijn grootmoeder aan een beroerte gestorven.
Op 12 Juli is mijn grootvader opgepakt en is het ziekenhuis ook leeggehaald.
Allen zijn in Sobibor vergast. Dat is het verhaal in een nutshell.

“Ik kan me de bakker op de hoek van de Weesperstraat en Nieuwe Keizersgracht goed herinneren. Die maakten vooral lekkere “challes”. De ingang van de winkel was op de Weesperstraat, maar om de hoek op de Nwe. Keizersgracht was de eigenlijke bakkerij, waar ik als kind wel naar binnen ging om te zien hoe ze de challes vlechten. Daar had je ook de grote trog voor het deeg.
Daarnaast op de gracht was een schoenmaker, die zat in een hokje. In de winter
verwarmde hij het met petroleum. Ik heb nog een herinnering, dat het in brand is
gevlogen en hij in de gracht is gesprongen en men hem eruit heeft gevist.

Op de Nwe. Keizersgracht had je de Joodse Raad, waar mijn vader steeds probeerde een stempel te krijgen. Zodoende hebben ze ons een paar keer niet meegenomen na het speruur, toen ze ons kwamen ophalen. Maar de dag voor de grote razzia op 26 mei 1943 had mijn vader na een hele dag rondlopen eindelijk een stempel gekregen.
Maar de volgende dag was het niets meer waard en hebben ze hem met nog 3000 mensen opgehaald. Mijn moeder was in het Joodse ziekenhuis op de Nwe.
Keizersgracht, dat in Juli 1943 is leeggehaald en rechtstreeks naar Sobibor is vervoerd.
Naar ik vermoed, is mijn vader eerst in Westerbork gebleven en schijnbaar later met mijn moeders transport naar Sobibor gegaan, omdat ze beiden op dezelfde datum zijn vermoord.


Ook mijn grootvader en moeders zuster met haar man. Mijn grootmoeder heeft in begin Juli een beroerte gekregen en is nog in Amsterdam gestorven en in Diemen begraven.
Ik woonde in de Nieuwe Kerkstraat 49, waar mijn vader een horlogezaak had. Dat is het stuk tussen de Weesperstraat en de Magere Brug.
Mijn kleuterschool was in de Roetersstraat. Daarna ging ik op de Hendrik Westerschool naast de Diamantbeurs en later op de Muidergrachtschool, waar
Meester Jacob Pop hoofd was.

In de Nwe. Kerkstraat had je een slagerij Van Dam. Annie van Dam was een
vriendinnetje van mij. Ik heb een vaag gevoel, dat er ook een Montessorikleuterschool was. Ik weet niet meer precies, of het in de Kerkstraat of op de Keizersgracht was. Dat is het zo ongeveer. Het is eigenaardig, dat men zich verschillende dingen wel herinnert en dat er zoveel gaten in het geheugen zijn. Er is intussen zoveel gebeurd en heb ik in verschillende landen gewoond.

Het is goed dat de herinneringen gepubliceerd worden. Het is het enige dat
overgebleven is.
Mijn grootouders woonden op nummer 3. Je ging een stoepje af om binnen te gaan. Ze hadden daar een pension. Beneden was een grote kamer, waar men kwam eten en boven waren kamers, waar gasten woonden. Het is jammer, dat ik als kind niet meer heb gevraagd over de geschiedenis van de familie, maar ja, kinderen zijn nu eenmaal met zichzelf en hun problemen bezig. Ook mijn ouders moesten een bestaan opbouwen, nadat ze uit Duitsland gevlucht waren, alhoewel ze tijd voor culturele activiteit over hadden. Ze waren lid van de club “Anski” waar een toneelgroep was, waar mijn vader heeft meegespeeld en ik als klein kind ook eens iets heb voorgedragen.
Bedankt voor de foto’s. Jammer genoeg is alles zo veranderd. Daarom is ook het
initiatief Schaduwkade heel belangrijk.

Hoop toch dat ik u met iets heb geholpen.
Ik vind het bewoners initiatief heel mooi.
Als ik U verder van dienst kan zijn, dan graag.

Hartelijke groet,
Henny

Nieuwe Keizersgracht 2

2

Nieuwe Keizersgracht 3, helemaal rechts, achter de boom. Dit hele rijtje oneven nummers van 1-11 is na 1960 langzamerhand afgebroken. (Foto: Beeldbank Amsterdam)

3

Nieuwe Keizersgracht 4

4

Scroll naar boven